In 1970 was er nog een vrouwenafdeling met acht cellen en een ruimte die diende als huiskamer en nachtverblijf voor de bewaarster. De toegangsdeur naar deze afdeling was altijd op slot. Het was verboden voor het mannelijk personeel zonder toestemming van de directeur deze afdeling te betreden, of er moesten ernstige onregelmatigheden zijn. Alleen directie en geestelijk verzorgers konden naar deze afdeling. ’s Avonds om tien uur als de late dienst naar huis ging belde men bij de toegangsdeur van de vrouwenafdeling. De dienstdoende bewaarster opende dan de deur en overhandigde de sleutels van de afdeling aan een bewaarder van de nachtdienstploeg en deze maakte dan de deur op slot. De bewaarster zat nu eigenlijk ook opgesloten maar ging naar bed. Gezien de kleine afdeling en bezetting hoefde ze geen rondes te lopen en had ze zogenaamde slaapwacht. De sleutels werden opgeborgen in de sleutelkast die zich bevond in de portiersloge. ’S Morgens om zeven uur kwamen de bewaarders van de morgenploeg in dienst en gaven na weer gebeld te hebben de sleutels terug aan de bewaarster. Één vrouwelijke gedetineerde is me bij gebleven, deze zat in voorarrest verdacht van een vierdubbele moord op vier van haar overleden mannen. Ze werd er van verdacht dat ze dit gedaan had door middel van arsenicum die ze in de koffie had gedaan. Wij bewaarders noemden haar ‘’vrouwtje koffie verkeerd’’.
Inhoud
Misschien aardig te vertellen dat het onderscheid tussen mannelijk en vrouwelijk personeel is komen te vervallen en wat voor consternatie dat gaf in het begin, of vertele je dat verder in je verhaal?